Faillissement en vereffening

Het beëindigen van een onderneming dient zorgvuldig te gebeuren. Er moet goed in beeld worden gebracht welke schuldeisers er zijn, welke rechten zij hebben en welke vorderingen zij naar hun mening nog moeten ontvangen. Hierbij moet gekeken worden naar welke zekerheden er zijn gesteld en welke schuldeiser voorrang zou kunnen hebben op een andere. Aan de andere kant moet gekeken worden welke middelen de organisatie nog ter beschikking staan en hoe deze te gelde kunnen worden gemaakt. Afhankelijk van hoe de totale situatie eruitziet is er sprake van faillissement of vereffening.  

Vereffening

Als de verwachte omvang van de bezittingen groter is dan de schulden kan de onderneming vereffend worden. Alle schuldeisers worden betaald en het positief saldo kan worden uitgekeerd aan de eigenaren. De bestuurder is dan zelf nog leidend en bepalend in het proces.

Van een vereffening kan sprake zijn als de onderneming geen bedrijfsactiviteiten meer ontplooid. Dat kan bijvoorbeeld doordat deze activiteiten zijn overgegaan naar een andere entiteit, maar ook doordat de bedrijfsactiviteiten simpelweg zijn gestopt. De gehele afhandeling van een vereffening is een taak die secuur handelen vereist.

Hoe werkt de afhandeling van een vereffening?

Het hele proces van het afhandelen van een vereffening komt zeer nauw. Zowel qua de te nemen stappen, maar ook qua vastlegging. Er dient goed onderbouwd te worden dat er geen sprake is van onbetaalde schulden en de juiste stappen bij de juiste instanties dienen te worden genomen. Zoals het publiceren van een liquidatiebalans bij de Kamer van Koophandel, het plaatsen van een advertentie en het opvragen van een verklaring van non-verzet bij de rechtbank. Als dat allemaal goed is doorlopen kan de onderneming worden vereffend en houdt zij definitief op te bestaan. 

Faillissement

In het geval dat de verwachte omvang van de bezittingen kleiner is dan de schulden kan de situatie op een faillissement uitkomen. In dat geval zal de rechter commissaris een curator aanwijzen die de boedel zal gaan vereffenen. De curator neemt de rol van bestuurder over en als voormalig bestuurder ben je vanaf dan niet meer bevoegd tot beslissingen, maar ben je wel nog verantwoordelijk voor alles wat er tot voor dat moment is gebeurd. Voor een faillissement geldt vanzelfsprekend: voorkomen is beter dan genezen. Helaas is dat niet altijd mogelijk. Indien een herstructurering niet (meer) kan of lukt zal een faillissement aanstaande zijn.

Verantwoordelijkheid

Tijdens de periode van een aanstaand faillissement loopt de bestuurder risico indien hij tijdens deze aanloop naar het faillissement verkeerde beslissingen heeft genomen. Een hoofdelijke aansprakelijkheid ligt dan op loer. Dat is zelfs ook mogelijk wanneer er te goeder trouw is gehandeld. Een faillissement komt namelijk zelden als een verrassing. Vaak is er al sprake van een langer traject waarin er diverse pogingen zijn gewaagd om de zaak te reden. Het is dus essentieel om als bestuurder – zeker wanneer er dreigt dat financiële verplichtingen niet meer nagekomen kunnen worden – goede, weloverwogen keuzes te maken.

Voor ondersteuning of meer informatie rondom faillissementen en vereffening, kunt u rekenen op B3TER.

Neem contact met ons op